Wat was er aan de hand?
Bij Wibra werken veel medewerkers – op basis van de cao Retail Non-food – met een flexibel contract. Dit houdt in dat zij een gemiddeld aantal uren per week werken, waarvoor zij een vast loon ontvangen. Aan het eind van het jaar worden teveel gewerkte uren uitbetaald en min-uren vervallen. Wibra wil dat haar medewerkers, nu de winkels weer op volle sterkte draaien, de opgebouwde min-uren van de afgelopen periode zoveel mogelijk inhalen, voor het einde van het jaar.
FNV
De FNV stapte namens de medewerkers naar de rechter. Wibra handelt niet als goed werkgever, aldus FNV, omdat de flexibele manier van werken vanuit de cao alleen bedoeld is om te compenseren voor ‘piek en ziek’ (korte periodes) en niet voor een landelijke lockdown.
Uitspraak rechter
De rechter geeft FNV ongelijk. Zij vindt de werkwijze van Wibra acceptabel. In de cao staat niet dat de flexibiliteit alleen voor ‘piek en ziek’ zou gelden. Daarbij komt dat door slechts 7% van het totale winkelpersoneel min-uren zijn opgebouwd. Bovendien wordt het inhalen van min-uren alleen in overleg met de betreffende werknemers ingeroosterd én gaat het maar om gemiddeld 40 minuten per werknemer per week tot aan einde 2021.
Inhalen min-uren altijd toegestaan?
Betekent deze uitspraak nu dat het inhalen van min-uren in alle gevallen is toegestaan? Nee, zeker niet. Bijvoorbeeld uit deze uitspraak blijkt dat de hoofdregel nog steeds is dat minder gewerkte uren door de coronacrisis in beginsel voor rekening van de werkgever komen. Hoe dit in de praktijk uitwerkt, is afhankelijk van de toepasselijke cao, de arbeidsovereenkomst en de redelijkheid.
Advies & contact
Heb je vragen over het inhalen van uren door werknemers en cao-bepalingen? Neem dan contact op met één van de gespecialiseerde juristen van MKBzaken.